We schrijven het jaar 1898, op een zondagmiddag...
Verschillende huismoeders klaagden over het lang uitblijven van de mannen: "dat kruisjassen na de hoogmis...". Die zondag werd er echter niet gekaart in café Giel van Douveren. Toch was het geen slechte dag voor de brouwerij van Leopold van Aerssen, want er moest menig glas gedronken worden, voordat alles rond was: een muziekvereniging in Bergen.
De wens die reeds vaak geuit was, ging in vervulling. De gebroeders Van Treek, Sjang Cox, Nöl Bekkers, Sjang Ponjee, Sjang Rijniers, Giele Tinus (G. Vervoort) en Jacques Stoffels met zijn zoon Jozef gingen voldaan naar huis.
Een twintig mannen gingen enthousiast zingen onder leiding van het hoofd van de school: meester Berendsen. Aan de piano zat zijn zoon Bernard. Meester Rouschop gaf de vereniging de melodieuze naam: ‘Les Montagnards’
Lees hier het ontstaan van de vereniging die we nu kennen als Fanfare Les Montagnards. In 1898 werd in Bergen de basis gelegd voor wat heden ten dage de oudste vereniging van het dorp is.
Sinds die zondagmiddag in 1898 is er veel gebeurd…
De beginperiode
Over de beginperiode van Les Montagnards is natuurlijk niet alles bekend, maar uit enkele oude stukken valt wel grofweg te lezen hoe deze periode verlopen moet zijn. Zoals hierboven te lezen is, begon de fanfare als een zangkoor. Het moet omstreeks 1905 zijn dat de eerste instrumenten werden aangeschaft. Waar nu op dinsdag om 19.45u wordt gerepeteerd, was dat in den beginne maar liefst 3x per week. Op dinsdag de bugels en pistons, op donderdag de bassen en op zaterdag iedereen gezamenlijk. De repetitie begon om 7 uur en wie niet klokslag 7 present was, kreeg een boete. Verder waren er bijzondere afspraken over wie de lamp van het repetitielokaal opstak, wie de kachel aanmaakte en over kledij tijdens uitvoeringen (droeg men geen insigne? 10 cent boete!). De contributie bedroeg 6 centen per week. De eerste serenade vond plaats in 1908, deze werd gebracht aan Kubbeske Janssen uit Siebengewald die de danstent kocht die destijds voor de eerste maal op de kermis in Bergen stond.
Later begon Les Montagnards met de eerste eigen concerten, maar deze hadden natuurlijk niets weg van de huidige concerten. Het waren eerder toneelvoorstellingen, zo werd er voor een voorstelling op 1 en 2 januari 1910 onder andere speciaal een grimeur uit Duitsland ingehuurd.
De oorlogsperiode
Rondom de 1ste en 2de wereldoorlog lag het verenigingsleven in Bergen uiteraard grotendeels stil, hoewel ook in tussen die periodes door aan menig concours deelgenomen moet zijn geweest. Zo haalde men een 1ste prijs in de 3de afdeling tijdens een concours in Jutphaas in 1938.
Desondanks diende de fanfare in mei 1946 heropgericht te worden. Het destijdse bestuur besloot 26 nieuwe instrumenten met slagwerk aan te schaffen. Om dit te financieren werd er een oproep aan de gemeenschap gedaan om gezamenlijk 3000 gulden bij elkaar te leggen. Men schreef: “Een dorpsfeest zonder Fanfare is ondenkbaar. In vreugde en droefheid is het de muziek die ons opwekt en ons opheft uit de beslommeringen van het dagelijksche leven. Denkt eens aan de opluistering van onze processies, aan de ruiter- en schuttersfeesten, de voetbal of welke feestelijke gelegenheid dan ook. Zonder muziek is de ware stemming er niet”. Deze oproep heeft gewerkt, getuige het 50-jarig jubileum dat in 1948 werd gevierd.
Concoursen en jubilea
Na deze herstart werd er met regelmaat deelgenomen aan concoursen, mét resultaat. Zo ging men in 1951 tijdens een nationaal concours in Maartensdijk met drie 1ste prijzen in de 1ste afdeling aan de haal, inclusief de ereprijs. Het was Prins Bernhard die hier de prijzen aan de Bergse fanfare overhandigde. Later dat jaar was er een optreden dat rechtstreeks vanuit Bergen werd uitgezonden door de KRO. Heel Nederland kon de Bergse fanfare onder leiding van dirigent Theo Jetten horen!
Daarnaast bezat de fanfare een belangrijke positie in het dorp Bergen. Met grote regelmaat (min. eens per maand) waren er concerten in het dorp. Bij tal van activiteiten in Bergen en omgeving (kermissen, muziekfestivals) was de fanfare present en vooral de 5-jaarlijkse jubilea werden groots gevierd. Voor deze lustrums werd steeds weer een grote dans- en feesttent neergezet waarin het een weekend lang feest was. Bijzonder was het 65-jarig jubileum. Dat was het moment waarop er door de Bergse gemeenschap totaal 8000 gulden was gedoneerd om (in navolging van vele zusterverenigingen) voor het eerst eigen uniformen te kunnen aanschaffen.
Eind 20e eeuw
Tegen het einde van de 20e eeuw kwam de fanfare meer in de structuur die het nu nog kent. Bergen werd groter, er kwamen meer verenigingen, maar de fanfare bleef belangrijk in de dorpsgemeenschap. In de jaren ’70 was het een jonge Chris Cuppen die op de bok kwam te staan, en met name in de jaren ’90 kende Les Montagnards onder zijn bezielende leiding gloriejaren met een groot orkest en concours-successen op hoog niveau. Ander hoogtepunt was het 100-jarig jubileum in 1998. Dit werd groots gevierd, waarbij het de vereniging onder andere lukte om de toen al immens populaire band Rowwen Hèze naar Bergen te halen.
Ná 2000...
Na de eeuwwisseling brak er langzaamaan een nieuwe tijd aan. Concoursen verdwenen naar de achtergrond en andere muziekstijlen kwamen op het programma. Grootse proms-concerten zoals de Silver Music Night in 2001 werden georganiseerd. Hier werden samenwerkingen aangegaan met koren en top 40-bands. Ook werd in Bergen een jeugdorkest opgericht, onder andere daarmee werd er meer ruimte gegeven voor jeugd en opleiding. In 2006 kwam er met CC’s Music Night in Schouwburg Venray een einde aan het jarenlange dirigentschap van Chris Cuppen.
Sinds die tijd timmert Les Montagnards nog altijd aan de weg en ontstaan er doorlopend initiatieven voor nieuwe activiteiten. Met sinds 2006 achtereenvolgens Hans Thijssen, Mariska Brienen, Theo Schreurs en tegenwoordig Miko Derks op de bok, is de vereniging met zijn tijd mee bewogen, zonder de tradities uit het oog te verliezen. Concoursen en uitwisselingsconcerten lijken iets meer naar de achtergrond te verdwijnen en waar zo’n 125 jaar geleden de vereniging begon met toneel, lijkt men nu op dat vlak weer terug bij de wijsheid van toen: als je een complete voorstelling wilt organiseren, moet er meer te zien en te horen zijn dan alleen blaasmuziek…